Pensioenhervorming met minimaal een jaar uitgesteld tot 2027
Verhoging van pensioenen voorlopig niet in zicht
De invoering van een wet voor het nieuwe pensioenstelsel staat al een tijdje op de planning. Maar onlangs werd de wet opnieuw uitgesteld. Waar het plan was om de wet in 2022 in te laten gaan, is de pensioenhervorming door demissionair minister Wouter Koolmees inmiddels naar minimaal 1 januari 2023 verplaatst. Dat betekent ook dat het nieuwe pensioenstelsel niet eerder dan in 2027 in werking kan treden. Met als gevolg dat verhoging van de pensioenen voorlopig niet in zicht lijkt.
Het zag er al langer naar uit dat het nieuwe pensioenstelsel later ingevoerd zou worden dan aanvankelijk het plan was. Op maandag 10 mei liet demissionair minister Koolmees officieel weten dat de wetgeving niet eerder dan in 2023 in werking zal treden. Ook de ingang van het nieuwe stelsel verschuift daarmee met minimaal één jaar: van 2026 naar 2027. Er zit namelijk een periode tussen het ingaan van de wet en het ingaan van het nieuwe pensioenstelsel. Dit om pensioenfondsen de tijd te geven om alles voor de pensioenhervorming goed te regelen.
Reden voor het uitstel is volgens de minister dat een wijziging van het pensioenstelsel grote gevolgen heeft voor veel betrokkenen en dus om veel onderzoek en overleg vraagt. Dat kost tijd – meer dan de tijd die tot nu toe is genomen.
In het huidige pensioenstelsel is de hoogte van je pensioen afhankelijk van de rente. Dat betekent dat je bij een lagere rente ook minder geld van je pensioenfonds zult ontvangen. De dalende rente is dan ook bij veel gepensioneerden merkbaar in de portemonnee. Door de daling van de rente konden de afgelopen tien jaar dat de pensioenen steeds niet verhoogd worden en werden ze soms zelfs naar beneden bijgesteld. Met mogelijk dus koopkrachtverlies tot gevolg.
Na de pensioenhervorming zal de hoogte van de pensioenen meer gaan afhangen van de ontwikkelingen op de beurs. Om precies te zijn van het rendement dat pensioenfondsen op hun beleggingen ontvangen. Bij stijgende beleggingskoersen gaan de pensioenen omhoog; bij dalende koersen omlaag. Dus als het beleggingsvermogen van een pensioenfonds toeneemt, krijg je ook meer pensioen. Als de beurzen er slechter voor staan, daalt je pensioen daarentegen. Gemiddeld genomen zou dat tot een stijging van de pensioenen moeten leiden. Voor zowel mensen die met pensioen zijn als voor de mensen die op dit moment pensioen opbouwen voor later.
Door het uitstel van de pensioenhervorming blijft de huidige situatie waarin pensioenen gebaseerd zijn op de marktrente nog een tijdje bestaan. Het gevolg? Dat verhoging van de pensioenen voorlopig niet in zicht is. Overigens hoeven gepensioneerden zich volgens minister Koolmees geen zorgen te maken dat ze er opeens qua koopkracht op achteruitgaan. Hij zegt dat pensioenfondsen alleen hoeven te korten als hun cijfers uitzonderlijk slecht zijn. Bovendien is de rente op dit moment weer licht aan het stijgen. Dat biedt perspectief.
Wel gaat minister Koolmees kijken naar de mogelijkheden om pensioenen al eerder te indexeren, wat alsnog mogelijk tot verhoging van pensioenen leidt. Ook al vóór de pensioenhervorming.
